De tweemastklipper Bree Sant uit 1905 is 32 meter lang en 6 meter breed. Het schip kan plaats bieden aan 40 opvarenden waarvan er 28 kunnen slapen. Op zaterdag 10 september is het schip met aan boord een groep volwassenen en kinderen onderweg vanaf Hoorn naar Enkhuizen. Voor zij kunnen afmeren in Enkhuizen worden zij geschut in de Krabbersgatsluis in Enkhuizen. De Krabbersgatsluis vormt samen met het naviduct in de Houtribdijk voor de verbinding tussen het Markermeer en het IJsselmeer. De Krabbersgatsluis is geopend in 1971 en dient nu als back-up sluis, maar wordt nog geregeld gebruikt. Het beheer van de sluis is belegd bij Rijkswaterstaat en de bediening van de sluis gebeurt op afstand vanuit het centrale bedieningsgebouw, waarbij de sluiswachter gebruikt maakt van camera’s, een marifoon en een luidsprekerinstallatie.
Aan de Markermeer zijde van de sluis zijn de sluisdeuren geopend. Enkele schepen liggen al in de sluis op het moment dat de tweemaster Bree Sant binnen komt varen. Ondertussen wordt er in de kombuis gekookt. Op de kade staan een aantal mensen te kijken naar het scheepvaartverkeer.
Ondertussen op het schip is er sprake van een onopgemerkte gaslekkage (toevoer gasflessen naar kookplaat) waardoor gas ophoopt. Een defecte thermische beveiliging bij de kookplaat zorgt er uiteindelijk voor dat er een gasexplosie plaatsvindt. Op dat moment ligt het schip met één tros vast aan de kade. Door de explosie is één opvarende opslag dood, anderen raken gewond en ingesloten door brand die aan boord ontstaat. Ook op het dek raken een aantal mensen gewond, ontstaat brand en raakt iemand bekneld onder een naar beneden gekomen giek. Daarnaast springen er een aantal mensen met brandwonden op de kade en een drietal mensen overboord. Eén daarvan verdwijnt onder water.
Door rookontwikkeling vanaf het schip raken mensen op de dijk naar Lelystad afgeleid. Eén bestuurder raakt op de verkeerde weghelft in de richting van Enkhuizen waardoor een bestuurder vanaf Enkhuizen moet uitwijken en het talud afrijdt. Dit betreft een busje met als lading een radioactieve bron.
De spelende TS & OvD-B zullen samen met een TS van Enkhuizen worden gealarmeerd voor een explosie aan boord van een schip. De spelende TS & OvD zullen worden gestuurd naar de kade van de sluis terwijl de TS bemanning van Enkhuizen opstapt aan boord van het KNRM vaartuig. Gezien een langere aanvaartijd zal de spelende ploeg als eerste ter plaatse komen. Zij stuitten als eerste op het busje met radioactief materiaal. De bestuurder is licht gewond maar zit niet bekneld. Om veilig te kunnen werken in de omgeving zal een meting moeten worden uitgevoerd. Die waarden zal uitkomen op een niveau dat er twee uur veilig in de omgeving kan worden gewerkt. Het is echter wel een aandachtspunt voor de OvD-B. Vervolgens wordt de spelende ploeg geconfronteerd met diverse waterslachtoffers en een brand op het schip. Gelijktijdig komt het KNRM vaartuig met de tweede TS bemanning aan die met lage druk in kan zetten op de brand aan de buitenzijde van het schip. Middels een ladder kan de eerste ploeg de mensen aan de oppervlakte uit het water halen. Voor de persoon onder water moet de WO ter plaatse komen. Gestuurd in het scenario zou de OvD logischerwijs de spelende ploeg vervolgens gaan inzetten aan boord van het incidentschip voor brandbestrijding en hulpverlening. De 3e TS en 4e TS kunnen worden ingezet voor assistentie WO/waterwinning/weghalen en behandelen slachtoffers.